TIROL

JODELAHITIE!! 

De Oostenrijkse bergen roepen weer. Bij de Nederlandse wintersporters is dit skigebied bekend en berucht, in de winter slingert er een hele stoet gele kentekenplaten omhoog met als bestemming Zell am See, Kaprun of Gerlos.

Voor ons geen skibestemming, maar in hartje zomer 2018 willen we gaan genieten van de groene valleien, meertjes, de mooiste vergezichten en ander natuurschoon. 

Oostenrijk is een reusachtige schatkist vol schitterende natuur waarin de nodige cultuur ook vaak vlakbij ligt in de historische steden en burchten.

Het kleine land, met een oppervlak van slechts twee keer Nederland krijgt jaarlijks meer dan 21 miljoen buitenlandse toeristen en daar horen wij deze zomer ook weer bij.

 

Door zijn folklore, goed bewaarde tradities, zijn cultuur en typische architectuur staat Tirol een beetje symbool voor heel Oostenrijk. 

Deze deelstaat wordt gedomineerd door de bergen, maar liefst 700 toppen zijn er hoger dan 3000m.

Waar hoge bergen zijn, zijn ook diepe dalen. In de zomer kun je er heerlijk wandelen, als het weer het toelaat....

Ook al zijn sommige valleien met de vele skistations en massatoerisme behoorlijk berucht, het alpenlandschap is er toch goed bewaard gebleven en de dorpen hebben in de zomer een gezellig, gemoedelijke sfeer.

 

FELDKIRCH

In de oudste stad van het land, pal aan de grens met Duitsland en Liechtenstein, komen we Oostenrijk binnen. De grensplaats ligt eveneens aan de voet van de Zwitserse alpen, op de route van de toppen in Voralberg. Het versterkte stadje pal aan de Rijn wordt gedomineerd door kasteel Schattenburg en heeft zijn historische centrum behouden met charmante arcadepleinen en tal van restaurants en bars.

Het Middeleeuwse karakter en de levenslust van Feldkirch heeft een betovende werking, maar wij willen helaas verder, Tirol wacht op ons...

 

ZILLERTAL

 

We worden meteen omringd door een beschermde natuur met meren van zuiver water en eromheen bergen die getooid zijn met skioorden waar de vrolijke chalets met balkons vol geraniums ons toejuichen.

Dit 30km lange dal is precies wat je voor je ziet als je aan Tirol denkt: schilderachtige traditionele plaatsjes, groene weiden en zacht glooiende hellingen die zich verder naar achteren versmallen in vier hooggebertedalen. 

De Zillertaler Höhenstrasse met steile klimmetjes en schitterende uitzichten is het hoogtepunt van een roadtrip. 

In het hooggebergtenatuurpark Zillertaler Alpen, op een hoogte van 1000 tot 3500m is het mooi wandelen met uitzicht over maar liefst negentig gletsjers en talloze meren.

Oostenrijkers vinden maar weinig belangrijker dan een goede maaltijd. Lange tijd moest het eten altijd smaken alsof oma het had gemaakt, maar tegenwoordig mogen de gerechten ook wat lichter zijn of verrijkt door mediterrane of Aziatische invloeden.

De Oostenrijkse keuken is beroemd alhoewel er feitelijk geen Oostenrijkse keuken bestaat. Meestal wordt de Weense keuken bedoeld, die totaal anders is dan de plattelandskeuken vol boereninvloeden die al te vaak vergeleken wordt met die van de Duitse buur.

Dankzij de bijdragen van de vele volkeren die binnen de grenzen van het rijk hebben gewoond, heeft Oostenrijk zich laten inspireren door vreemde keukens waardoor het een veelzijdige, culinaire mengelmoes is geworden. Zo kwam de goulash uit Hongarije, de meelspijzen uit de Bohemen en de schnitzel…. uit Milaan! Met de talloze desserts is het voor mij als zoetekauw ook een waar paradijs, naast de befaamde sachertorte, apfelstrudel, vruchtenknoedels en kaiserschmarrn bestaan er nog ontelbare specialiteiten met natuurlijk de onmisbare schlagober. 

Hoe dan ook, een beetje aan de zware kant, met de alom vertegenwoordigde slagroom, bloem, paneermeel en spek.

Wat we hier niet moeten doen is calorieën tellen, die wandelen we d'r morgen wel weer af......

 

 

Oostenrijk is een van de modernste en meest efficiënt geleide landen van Europa. Niettemin kun je, genietend van het prachtige landschap of kuierend door de straten van de onberispelijke stadjes en dorpen, het gevoel krijgen dat je in het verleden terechtgekomen bent.

Oostenrijkers zijn erg gesteld op hun tradities. Misschien meer dan in enig ander Europees land wordt in Oostenrijk de Tracht, de traditionele klederdracht geaccepteerd als formele kledij. Steeds meer modeontwerpers zijn zich met de traditionele kledingstukken bezig gaan houden om deze een moderne vorm te geven.  

Het hele jaar door zijn er festiviteiten waarbij de bevolking zich hijst in Lederhose en Dirndl en de traditionele blaaskapellen voor een vrolijke avond zorgen. Daarbij staan hapjes als Bratwurst, Knödel en weisswurst op het menu en worden de kelen met veel bier en wijn gesmeerd.

Er wordt gedanst en gelachen, voor de vrolijke noot zorgen muziekkapellen, dansgroepen en orkestjes.

Er zijn veel winkels waar  nog steeds traditionele kleding verkocht wordt, al dan niet uitgerust met de laatste Dirndlmodellen die een beetje aan de mode zijn aangepast, met iets andere motieven, maar steevast met het zijden, lange schort of de modieuze, strakke, gebloemde lijfjes met kort witte pofmouwen: het vindt allemaal gretig aftrek. 

Ook de lederhose heeft in bepaalde winkels een metamorfose doorgemaakt. Strakke, lichtbruine, korte leren broeken met traditionele voorsluiting doen het goed bij jongeren, zowel meisjes als jongens lopen er in het dagelijks leven mee rond. En op zondag zit de Stammtisch vol met in Lederhosen gehulde mannen die het op een drinken zetten.

 

RATTENBERG

Een klein dorp met amper 400 inwoners, dat echter overspoeld wordt door duizenden toeristen die in de zomer het historische centrum bezoeken.

Het minuscule grensstadje, vanwaar het verkeer over land én water goed in de gaten gehouden kon worden, is eeuwenlang door Beieren en Tirol betwist. In 2005 trok het de aandacht toen het stadsbestuur voorstelde enorme spiegels op te hangen, om zodoende meer licht te laten schijnen in het stadscentrum, dat tussen de bergen ligt ingeklemd en waar slechts vier maanden per jaar de zon doordringt. Uiteindelijk ging het project niet door.

Het oude centrum ligt op het smalle deel van een kleine vlakte, ingeklemd tussen de Inn en de Schlossberg en heeft de vorm van een driekhoek, waarvan de langste zijde, die parallel loopt aan de rivier, nauwelijks 300m lang is. De stad ligt bijna altijd in de schaduw, slechts in twee straten dringt het zonlicht door.

 

 

KUFSTEIN

De laatste Oostenrijkse stad in het Inntal is herkenbaar aan de indrukwekkende Kaiserturm van het kasteel dat hier op het hoogste punt van een rots staat.

De imposante vesting die boven het stadje uittorent is groter dan het historische centrum zelf, dat zeker ook een bezoekje waard is als je hier in de buurt bent.  

Bij het verlaten van de Unterer Stadtplatz loop je de kerk voorbij en daarna kom je op de binnenplaats van de vesting, een wereld op zich, volgepropt met historie, maar ook met menig lijk in de kasten.

 

 

Het was goed om weer eens van het Oostenrijkse natuurschoon en de gemütlichkeit te hebben mogen genieten.

Klagen over het vaak nogal onbestendige weer met wolken aan de lucht, hebben we niet gedaan, het zou nooit zo mooi groen zijn zonder regen. En is het niet juist die schitterende natuur waarvoor we steeds weer terugkomen in de Alpen en ons iedere keer opnieuw weer laten betoveren?

We hadden geluk, afgezien van wat wolken en even kort enkele regenspetters, hadden we alle dagen mooi weer.

Tijdens de hittegolf thuis en onderweg in Duitsland dachten we met spijt terug aan de heerlijke temperatuur in Oostenrijk....