PUGLIA

Vervolg

Al tijdens het eerste bezoekje aan deze Zuid-Italiaanse regio in maart 2015 bleek dat Puglia voor herhaling vatbaar was en nu, twee jaar later, werd het dan ook tijd voor dit vervolg.

Wederom vliegen we van Eindhoven naar Brindisi om daar in de vroege avond aan te komen. Ditmaal nemen we na een overnachting in deze havenstad de trein naar Taranto alwaar we een aardige B&B geregeld hebben in de oude binnenstad, centro storico. Dit is een mooi uitgangspunt om de omgeving te verkennen met de boemeltreintjes die hier de talloze historische plaatsjes met elkaar verbinden.

Het is nu voordat de drukte van het toeristenseizoen aanbreekt een ideale tijd om een paar dagen in deze regio door te brengen te midden van het authentieke Italiaanse leven.

 

TARANTO

Al vroeg in de ochtend brengt Trenitalia ons in een goed uurtje van Brindisi naar Taranto en wandelen we van het station dwars door het oude centrum naar ons onderkomen voor de volgende dagen. De B&B ligt rustig aan de rand van centro storico in een trapstraatje.

Als we onze bagage kwijt zijn is het tijd voor een lekkere cappuccino, maar het valt nog niet zo mee om een cafe te vinden waar we gezellig kunnen zitten. De Italianen drinken hun koffie met een snelle brioche in het voorbijgaan, hangend aan de bar en min of meer noodgedwongen volgen we dit voorbeeld maar. Dit is dan wel weer een nadeeltje van het reizen buiten de vakantieperiode als er nog geen terrasjes open zijn, maar we passen ons snel aan in het dagelijks Zuid-Italiaanse leven.

 

 

MARTINA FRANCA

Vanuit Taranto nemen we de bus die ons door het groene landschap met veel olijfbomen naar Martina Franca brengt, het grootste stadje in deze regio. Onderweg zien we de eerste trulli, de zo kenmerkende huisjes voor deze streek die aan het gebied een sprookjesachtige uiterlijk geeft. Later nemen we de trein naar Alberobello, waar een heel trulli dorpje is gebouwd. De bus zet ons af op Piazza XX Settembre, tegenover de Porta Santo Stefano, de statige poort in barokstijl die deel uitmaakt van de stadsmuur. Om bij het station te komen maken we een wandeling door de smalle straatjes van Martina Franka met vele oude palazzo's en monumentale kerken. Het stadje is, net als zo vele in deze streek, een plaatje met de witte huizen en barokke elementen. In de doolhof van straatjes zijn we al snel de weg kwijt en raken we verwikkeld in het een na het andere pittoreske straatbeeld.

Uiteindelijk vinden we het treinstation aan de andere kant van het stadje, maar het was zeker geen straf om hier te verdwalen in centro storico.

 

.*

ALBEROBELLO

In Valle d'Itria, globaal gezien het gebied tussen Brindisi en Bari, staan overal verspreid vele Trulli, bouwwerken die typisch zijn voor de regio en uitgegroeid zijn tot hét symbool van Puglia.

Het zijn witte huisjes met kegeldaken die zijn opgetrokken uit blokken losse kalksteen, in de vorm van een soort iglo met een puntmuts. De kenmerkende puntdaken zijn vaak versierd met magische of christelijke tekens, waarvan in vroeger tijden werd gedacht dat ze het kwaad buiten de deur konden houden. Mede hierdoor hebben de huisjes een soort van magische uitstraling.

De unieke woningen zijn alleen hier in de hak van Italië te vinden en het is een raadsel waarom er tussen 1600 en 1800 zoveel trulli zijn gebouwd.

In de 15e eeuw was deze streek nog volledig onbewoond en de  boeren die het land gingen bewerken bouwden hier eenvoudige hutjes. Later werden de leefomstandigheden verbeterd en de hutjes vervangen door stenen huisjes die betere bescherming boden tegen de weersomstandigheden.

Er bestaan diverse verhalen over de trullo (meervoud: trulli) en een versie over het ontstaan van deze boerenwoningen is dat deze gebouwd zouden zijn op deze manier om belasting te ontduiken. Het zou immers geen huis zijn, maar een berg stenen omdat er geen cement gebruikt werd. Bij controle kon het huisje zo ook snel weer afgebroken worden.

Tot in de jaren 20 van de vorige eeuw werden er nog nieuwe trulli gebouwd om in te wonen.

Alberobello ligt in het centrum van de Valle dei Trulli, hier is een heel trulli-dorp gebouwd met wel 1000 huisjes.

In tegenstelling tot sommige andere historische plaatsen in deze omgeving is Alberobello erg toeristisch en het oude centrum staat reeds sinds 1966 op de Werelderfgoedlijst van Unesco.

Aangetrokken door de pittoreske, slingerende straatjes vol met de witte huisjes en versierd met vrolijke paarse en roze bloemen, trekken toeristen massaal naar de ‘hoofdstad van de trulli’. Tegenwoordig zijn de meeste trulli ingericht als vakantieverblijven of souvenirwinkeltjes en zijn ze de topattractie van de regio die prijkt op vele ansichtkaarten.

 

 

LOCOROTONDO

Op de terugweg van Alberobello naar Tananto stopt het boemeltreintje op het stationnetje van Locorotondo, weer een wit dorpje waar we nog even een kijkje gaan nemen. Locorotondo heeft zijn naam te danken aan zijn cirkelvormige ontwerp, en wordt ook wel aangeduid als het balkon van Valle d'Itria vanwege de ligging met uitzicht op de vallei.

 

CISTERNINO

Na weer een mooie treinrit met het boemeltreintje bereiken we Cisternino citta, wederom een mooi wit dorp gelegen op een heuvel in het hart van Puglia.

Vanuit het stationnetje slingert er een voetgangersweggetje met trappen de heuvel op naar centro storico, een prachtig wandelingetje op deze mooie middag.

Na wat te hebben rondgeslenterd kwamen we uit op een zonnig pleintje met wijds uitzicht over Valle d'Itria, een goede plek voor een lekkere picknick.

 

 

POLIGNANO A MARE

Op vrijdag zijn we weer terug in Brindisi, van hieruit vertreken we met Trenitalia in minder dan een uurtje naar Polignana a Mare. Het vissersstadje ligt langs de spoorlijn Brindisi-Bari op zo'n kleine 35km van Bari.

Het prachtige plaatsje balanceert als op een schilderij dramatisch dicht langs de rand van de steile klippen aan de ruige kust. Via een antieke trap kom je bij een inham aan zee terecht waar in de zomer gezwommen wordt en waar we nu een schitterend uitzicht hebben op de historische stad, rijk aan cultuur en geschiedenis. De woningen zijn van steen en versierd met typische Pugliese objecten. 

Vanaf het centrale plein met de kathedraal lopen vele geplaveide straatjes die leiden naar de terrassen met uitzicht op de zee.
Polignano staat ook bekend om het duiken, wat hier vanaf de rotsen gedaan wordt. Voor de 4e keer hebben hier de wereldkampioenschappen plaats gevonden waarbij 27 meter van een rots de diepte ingedoken wordt.

Het kleine maar levendige vissersdorp is omgeven door de prachtige blauwe wateren van de Adriatische zee. De skyline wordt gevormd door schitterende witte, vierkante mediterraanse gebouwen. In de zomer is het hier toenemend toeristisch, maar nu is het dorp met de kronkelende straatjes en vele bloeiende planten ook populair bij locals en studenten uit Bari.

Vanuit Polignano is het een aardige kustwandeling van zo'n 3 km naar de Abdij van San Vito.

 

Het vroege voorjaar bleek weer een ideale periode om rond te trekken door deze streek. Het toeristenseizoen is nog niet begonnen en het is overal heerlijk rustig maar nergens uitgestorven. Voor terrasjes is het meestal nog te fris, maar een kopje cappuccino drinken en pizza eten met de locals is zeker zo gezellig.

De regio investeert veel in het opkomende toerisme, zo is er een fietspad aangelegd door de hele vallei en worden er diverse toeristische aktiviteiten georganiseerd. Er wordt veel verwacht van het toenemende toerisme in Puglia, maar in deze tijd overheerst gelukkig het gewone, dagelijkse Zuid-Italiaanse leven en de authentieke gemoedelijke sfeer van Puglia nog.

Maak jouw eigen website met JouwWeb