ANDROS

Andros is het noordelijkste eiland van de Cycladen, waartoe onder andere ook de meer bekende eilanden Mykonos, Naxos en Santorini behoren.

Het eiland ligt op ongeveer 10km van het vasteland van Griekenland, tussen het (schier)eiland Evia en Tinos. Aan Tinos zullen we deze week ook nog een kort bezoekje brengen, dat is verder op deze site te zien.

Na aankomst op de luchthaven van Athene gaan we met de bus naar de havenplaats Rafina, waar we nog enkele uren op de ferry naar het eiland moeten wachten. De overtocht duurt 2 uur en ondanks de gevreesde wind waar de Cycladen om bekend staan verloopt deze prima. De haven ligt hier niet zoals op de meeste eilanden in het hoofdstadje, maar in het aan de westkust gelegen Gavrio.

Al bij al duurt het een lange dag reizen in auto, bus, vliegtuig, taxi en ferry voordat we bij ons vakantieverblijf in Batsi op Andros arriveren.

 

 

 

Gavrio is het eerste contact met het eiland. Zo'n 20 jaar geleden was dit nog een echt vissersdorpje, maar nu is het een toeristenplaatsje geworden. De haven ligt in een van de vele inhammen van het eiland die in vroeger tijden bescherming boden aan de bevolking. Vandaag de dag leven alle inwoners van het eiland van het toerisme, in de winter zijn er enkel nog wat ouderen over. Enkele tientallen jaren geleden woonde er nog tienduizenden mensen op het eiland, de meeste inwoners zijn inmiddels vertrokken naar de stad en hebben hier nog een tweede huis voor het weekend en vakantie. In het hoogseizoen komen dan ook de Grieken hier graag vakantie vieren en ook een Britse touroperator heeft Andros in het pakket. Het is een echt vakantie-eiland voor rustzoekers en wandelaars, het grote toerisme ontbreekt gelukkig. Het eilandbestuur zet zich ook niet echt in om een grote toeristische trekpleister te worden. Het grote geld komt hier van steenrijke reders die in de heuvels hele villadorpen met kastelen van huizen hebben gebouwd.

Nu in april is de vakantieplaats Batsi zelfs zo ongeveer uitgestorven en de stranden liggen er verlaten bij.

 

Bij de eilanden van de Cycladen denk je aan grillige kustlijnen, donkerblauw zeewater en spierwitte huisjes. Andros heeft daarbij ook nog steile heuvels met beekjes en ravijnen, die nu in de lente begroeid zijn met een kleurenpracht van bloemen, olijfbomen, pijnbomen en fruitbomen. De fraaie Sarizabronnen, waarvan het water in heel Griekenland verkocht wordt, is een natuurlijk hoogtepunt. Valleien op het eiland lopen uit in mooie zandstranden zoals in Batsi en Gavrio.

Andros is een vrij groot eiland, wat we gaan ontdekken met de openbare bus. Helaas laat de dienstregeling wat te wensen over en is ook niet erg betrouwbaar. Het wachten op de bus naar Korthi, in het zuiden van het eiland, bleek tevergeefs en jammer genoeg hebben we dat deel van het eiland aan ons voorbij moeten laten gaan.

 

 

 

BATSI

 

Batsi ligt een kleine 7 kilometer van Gavrio en een goed kwartier nadat de ferry in de haven aanmeerde komen we aan bij ons appartementje voor deze week.

Het dorp is tegen de hellingen aan gebouwd. Het deel langs de kade is vlak maar via trappen komt men makkelijk in het hoger gelegen, oude deel van Batsí. De smalle steegjes leiden op een hoger niveau door het haast verborgen dorpsdeel. Onder- en bovengrondse stroompjes vergezellen de bezoeker op zijn tocht. Door de overvloedige aanwezigheid van het water, tieren bomen, struiken en bloemen in de tuintjes hier welig. De oude huizen staan statig uitgestald en ook al hebben zij niet meer de kracht van ooit, toch zijn zij nog de moeite van het aankijken waard. Zelfs met hun verweerde deuren en luiken en afgebladderde muren stralen zij de rijkdom van ooit nog helemaal uit. Dit deel van Batsí is bekend onder de naam Píso Vrissi. Vanaf de haven van Batsí naar boven, is de kerk die boven de huizen uit steekt het boegbeeld van het badplaatsje.
Door de centrale ligging aan de westkust in het midden van het eiland, is het dorp een ideaal uitgengspunt om het eiland te ontdekken, zowel te voet als per auto, scooter of met de openbare bus zoals wij. Als die rijdt tenminste.....

 

 

CHORA   Andros stad

Net als op zoveel andere Griekse eilanden heeft het hoofdstadje de naam van het eiland en wordt tevens ook wel Chora genoemd. Het stadje ligt in het zuidoosten van het eiland op een kaap tussen twee zandstranden in. Voor de punt van de kaap ligt een klein eilandje met ruïnes van een oude venetiaanse burcht, welke verbonden is met de kaap met een stenen boogbrug. Er resten enkel nog een paar stukken muur, enkele overblijfselen van de toren en de prachtige stenen brug. Een bombardement in 1943 is verantwoordelijk voor de schade. Toch heeft deze plek nog wel wat romantisch, dat vindt zeker de jeugd die over de brug klimmen om even samen te kunnen zijn op het 'eilandje'.

Het is de tweede havenplaats van het eiland en kenmerkt zich door de typische spierwitte huisjes, zoals overal op de Cycladen.

Met smalle straatjes, twee schilderachtige pleinen en diverse mooie kerken is het zeker een bezienswaardig plaatsje en ook levendig met een gezellig Grieks sfeertje. Het Takisplein is het middelpunt van het stadje, waar de bevolking bijeenkomt voor een praatje en een kopje koffie op de terrasjes.

 

Andros-stad heeft een rijke historie en daar is vandaag de dag nog veel van terug te zien. Een met stenen geplaveide weg gaat door het hart van de stad.  We volgen deze weg en wandelen zo van de ene naar de andere kant van Andros stad. Bij het Venetiaanse Kastro ligt een pleintje met een groot bronzen beeld van een onbekende zeeman. Op de bankjes kun je hier genieten van het fraaie uitzicht op het stadje, de kustlijn en het kerkje Agia Thalassini op de rotspunt.

 

 

 

 

Op zowel Tinos als Andros zijn de vermaarde duiventillen te vinden. Ze hebben een karakteristieke vorm en zijn van verre herkenbaar. Met name in het zuiden van Andros zijn deze duiventillen te vinden. Op Andros zijn ze minder gecultiveerd dan op het ernaast gelegen eiland Tinos, maar toch beslist het opzoeken waard. De duiven weten ze in ieder geval te vinden.

 

Wat meteen opvalt als je over het eiland rijdt is het groene, vruchtbare landschap en de vele bloemen die nu in de lente overal bloeien. Andros is het meest vruchtbare eiland van de Cycladen, vooral in het zuiden, wat sterk contrasteert met het dorre, kale noorden van het eiland.
Water is er voldoende aanwezig op Andros, door de vele bronnen (Andros heette ooit 'Hydroussa' of 'watereiland') en riviertjes die op het eiland voorkomen. Het water uit deze bronnen wordt gebotteld en verkocht in heel Griekenland, maar ook geexporteerd door heel Europa.
De meeste bronnen ontspringen aan de oostkust. Er lopen vier riviertjes van het westen naar het oosten de nooit droogvallen door de nabijheid van de bergmassieven. De Arnipotamos mondt uit in de Lefka-baai, de Achla in de Achla-baai, de Megalos Potamos op het Paraporti-strand, de Dipotamata in de Syneti-baai. Behalve deze riviertjes zijn er nog zeven andere, die ook het hele jaar door water voeren en door het lichte hoogteverschil zijn er op sommige plaatsen ook watervallen.

Op de terrasgewijs aangelegde akkers staan stenen muurtjes die over de heuvels slingeren. In het weelderige groen tussen de cipressen liggen mooie dorpen vol kokette huisjes met en de alom vertegenwoordigde kerken, kapellen en kloosters.

Niet alleen het eiland zelf verschilt van de andere Cycladen, ook de bevolking van Andros is van vroeger uit anders. Een groot deel van de bevolking in het noorden van het land was van oudsher van Albanese afkomt. Inmiddels zijn ze wel 'gehelleniseerd, maar iemand die oog heeft voor detail merkt dat de dorpen Albanees ingericht zijn, net iets anders dan de typisch Griekse eilanddorpen.

 

Het midden van het eiland is een groot natuurgebied met watervallen, bronnen en weelderige begroeiing. Een ideaal wandelgebied. Het bijzondere van Andros is dat het landschap voortdurend veranderd. De talloze bronnen zorgen voor bossen met eiken, platanen, cipressen dennen, olijf- en amandelbomen en doet hiermee denken aan Toscane. Het altijd groene midden loopt uit naar een in het noorden droger landschap met veel okerkleurige en bruine rotsen. Neem hierbij de bloemenpracht en de mooie stranden met wit zand, kiezelbaaitjes en de alom aanwezige azuurblauwe zee. 
Tel daarbij op de mooie duiventillen, stenen bruggen en watermolens en je hebt een heerlijk wandeleiland. 

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb