COTE D'AZUR

In  het vroege voorjaar van 2017 maken we een citytrip naar Nice en Cannes als onderdeel van een verblijf aan de Franse Cote d'Azur en de Italiaanse Bloemenriviera.

We verlaten Italië bij Menton, waar de Franse Riviera begint via de kustweg richting Nice. Deze metropool  gaan we later op de ochtend bekijken, eerst rijden we nog een stukje door naar Cannes.

 

CANNES

Cannes is niet zo grootsteeds en Italiaans als Nice, niet zo verbouwd en gepolijst als Monaco, geen badplaats met topdrukte als Saint-Tropez en geen toevluchtsoord voor gepensioneerden als Menton. Cannes heeft van al die plaatsen wel iets.

De stad is nog net overzichtelijk, maar toch niet provinciaal. Misschien heeft Cannes zelfs wel het internationaalste publiek van de hele kust. Belangrijke festivals en congressen voeren niet alleen beroemde regisseurs en acteurs, maar ook reclamemensen en televisie- en muziekproducenten van overal ter wereld. Vanwege deze talrijke festivalactiviteiten kent Cannes geen uitgesproken seizoen, hoewel het er in de winter ook hier iets rustiger aan toe gaat. Gedurende de festivals ziet men scharen van smoking-dragers en avondjurken naar de galavoorstellingen in het Palais des Festivals over de Croisette trekken, terwijl toeristen in shorts en T-shirts terugkomen van het strand.

De met palmen omzoomde Promenade La Croisette tussen strand en stad is nog altijd het uithangbord van het mondaine Cannes, ook al is ze zo langzamerhand tamelijk bedorven.

Van de grote belle-epoquehotels, die aan de oeverpromenade staan, is het Carlton hotel met zijn sneeuwwitte gevel het bekendste. In het indrukwekkende bouwwerk  staan nu, statistisch gezien, voor iedere gast anderhalf keer zo veel personeelsleden klaar. Tijdens het filmfestival logeren hier de beroemde regisseurs en acteurs.

We overwegen even om op het dakterras de duurste koffie van ons leven te gaan drinken, maar besluiten toch maar om voor hetzelfde geld vanmiddag uitgebreid te gaan lunchen in Nice.

De 2km lange boulevard wordt in het oosten begrensd door de Pointe de la Croisette, waar het Palm Beach Casino te vinden is. Even daar voor strekt zich de nieuwe jachthaven Port Canto uit.

Naar de oude binnenstad toe eindigt de Croisette bij het massieve, beige-bruine Palais des Festivals et des Congres. Het festivalgebouw wordt in Cannes ook wel heel treffend 'de bunker' genoemd. Voor de grote trap van het paleis hebben vele grootheden zich met handdrukken in het plaveisel vereeuwigd.

Beneden de Croisette liggen diverse kleine stranden, meestal niet openbaar en uitsluitend tegen een flinke betaling toegankelijk.

Parallel aan de Croisette loopt de winkelstraat van Cannes met bekende boektieks, juwelierszaken en parfumerieën.

 

NICE

Met ca 500.000 inwoners de enige grote stad aan de Cote d'Azur, verenigt zo veel tegenstellingen als geen andere stad aan de Cote. Terwijl de op een na grootste luchthaven van het land diverse keren per week rechtstreekse vluchten naar New York vertrekken, gaat het er op sommige plekjes in de oude binnenstad nog steeds zo aan toe als in een Zuid Italiaans dorp, een overblijfsel uit het bewogen Italiaanse verleden van de stad.

Het is vooral de merkwaardige mengeling van stad en strand, die de hoofdstad van de Cote d'Azur zo bijzonder maakt. Terwijl toeristen aan parachutes hangend door motorboten omhoog laten trekken, zitten op de Promenade gepensioneerden met strooien hoe en oude dames met dikke steunkousen aan in de zon en lezen de Nice Matin, de grootste krant van de Cote d'Azur met vrijwel altijd alleen maar lokaal nieuws op de voorpagina.

Nice is geen ideale plaats voor een strandvakantie, daarvoor zijn de kiezelstranden aan de oeverpromenade veel te lawaaierig en ongezellig. Maar de stad is wel heel geschikt voor uitvoerige bezoeken aan de musea, lange wandelingen door de pittoreske oude binnenstad en diners van veel gangen op een van de restaurantterrassen van Vieux Nice.

 

Onze dag in Nice begint met een wandeling over de Cours Saleya. De bloemenmarkt is inmiddels helaas voorbij en heeft plaatsgemaakt voor een rommelmarkt. Dat is niet zo ons ding, we gaan liever van het heerlijke voorjaarszonnetje genieten met een ijsje aan het water. Pal achter de markt ligt het strand en de Promenade des Anglais. Hier lopen we een stukje langs de Baie des Anges, de engelenbaai en verder door de oude binnenstad.

Boven Vieux Nice verheft zich de Colline du Chateau en vanaf de promenade zien we steile trappen omhoog voeren naar de kasteelheuvel. Vanaf de Quai des Etats-Unis is ook een lift naar boven, wel zo comfortabel nu we vandaag al heel wat kilometertjes gelopen hebben.

Van het chateau zijn nog slechts ruïnes te zien, de vesting werd jammer genoeg al honderden jaren geleden gesloopt.

Op het uiterste punt van de heuvel staat de Tour Bellanda, waar de lift uitkomt. In de toren is het scheepvaartmuseum gevestigd. Hierin hebben wij nu geen interesse, we genieten van het prachtige uitzicht op de rode daken van Vieux Nice, de gouden koepels van de Russische kathedraal en op de diepblauwe zee in de licht gebogen Baie des Anges. Met daarbij een heerlijk zonnetje is dit een prachtige plek in de stad en vervolgens een mooi wandelingetje op ons gemakje naar beneden.

 

De oude binnenstad, Vieux Nice, is het mooiste gedeelte van Nice. In de doolhof van smalle straatjes lijkt het wel alsof we weer in Italië rondlopen. De huizen hebben donkerrode en gele gevels en op vrijwel elke hoek staat een kleine barokkerk of kapel. Voor de vensterluiken hangen waslijnen en vogelkooien. In kruidenierswinkeltjes worden olijven, wijn, verse pasta en gnocchi verkocht en op de caféterrassen genieten flaneurs in de zon van hun cappuccino.

Nog steeds wonen er in het centrum naast Arabieren en pieds noirs (Franse kolonisten uit Algerije) veel Italiaanse immigranten: de namen op de belborden einigen vaak op o en i. Het Italiaanse verleden van Nice komt op elke straathoek tot leven. De straten en pleinen heten Rosetti, Garibaldi of Colonna d'Istria. En de rechoekige Place Massena doet denken aan een piazza in Italië

 

 

 

De oostelijke kuststrook tussen Menton en Cannes, geldt als de klassieke Cote d'Azur en ligt als een smalle strook tussen de Middellandse Zee en de in het achterland oprijzende bergketens.

De Cote d'Azur behoort tot de regio Provence-Alpes-Cote d'Azur (PACA).

Het toerisme, gekoppeld aan de aanverwante bouwnijverheid, is niet de enige economische factor aan de kust. In het Franse Silicon Valley hebben zich talrijke internationale ondernemingen gevestigd en in het achterland van Nice zitten diverse grote cosmetica- en farmaceutische bedrijven.

Verder is het congrestoerisme een belangrijke economische factor aan de kust. Deelnemers aan congressen blijven weliswaar niet zo lang als gewone toeristen, maar geven volgens de statistieken in een dag vijfmaal zoveel uit. Alle grote(re) steden hebben zich daarop gericht. Zo zijn in Nice, Monte Carlo, Cannes en Grasse grote en moderne congrescentra verrezen..

 

Is het nou Riviera of Cote d'Azur?

Officieel loopt de Franse Riviera van Nice tot aan Menton en de Italiaanse van Ventimiglia tot La Spezia.

Eind 19e eeuw verzon een Fransman de naam Cote d'Azur voor de Middellandse zeekust van Marseille tot aan Genua.

Maar de meeste Nederlanders verstaan tegenwoordig onder Cote d'Azur alleen de Franse kust.

Behoorlijk verwarrend allemaal.

Dan zijn er nog de muggenzifters die vinden dat Marseille niet aan de Cote d'Azur, maar aan de Cote de Provence ligt.

Maak jouw eigen website met JouwWeb